De zorgkantoren hebben in de Regiomonitor Verpleegzorg 2025 voor alle zorgkantoorregio’s in kaart gebracht welke capaciteit er voor verpleegzorg is en hoe deze zich de afgelopen jaren heeft ontwikkeld. Dit jaar is er gekozen voor een andere opzet zodat de monitor een beter inzicht geeft in de bestaande capaciteit. Zowel als het gaat over verblijf (intramuraal) als extramuraal, de ontwikkeling hiervan over de jaren heen en de verwachte noodzakelijke ontwikkeling op basis van de zorgvraagprognose. Zorgkantoren gebruiken de regiomonitors om regionaal met zorgaanbieders, gemeenten en woningbouwcorporaties het gesprek aan te gaan over de noodzakelijke capaciteitsontwikkeling. Om in de toekomst in passende zorg voor mensen met een Wlz-indicatie te blijven voorzien.
De landelijke regiomonitor van de Menzis Zorgkantoor regio’s vindt u op de website van ZN.
Taak zorgkantoren onder toenemende druk
De 31 regiomonitors en de landelijke monitor geven een indicatie van hoe het aantal verpleegzorgplekken zich de komende jaren moet ontwikkelen. Zorgkantoren hebben de verantwoordelijkheid om zorg in te kopen binnen de Wet langdurige zorg die toegankelijk, betaalbaar en kwalitatief goed is. Zij zien dat hun taak op deze drie vlakken onder toenemende druk staat als gevolg van de stijgende zorgvraag. De landelijke monitor geeft voor de toegankelijkheid de ontwikkeling weer van de capaciteit van verpleegzorg.
Andere opzet monitor
In tegenstelling tot de voorgaande monitors staan de zorgkantoren in deze monitor niet stil bij de plannen voor capaciteitsontwikkeling en de voortgang hiervan. Hiervoor is gekozen omdat vanuit het programma Wonen en zorg verschillende landelijke monitorinstrumenten worden ontwikkeld waarmee landelijk zicht komt op de plannen voor capaciteitsontwikkeling voor ouderenhuisvesting. Gezien deze ontwikkeling is besloten hiervoor niet een aparte uitvraag bij zorgaanbieders te doen ten behoeve van deze regiomonitor.
Noodzaak versnelling capaciteitsontwikkeling blijft
In lijn met de ingezette beweging ‘Thuis, als het kan’ zien de zorgkantoren dat de groeiende zorgvraag in de Wlz in toenemende mate extramuraal wordt opgevangen. Er is een sterke groei in zowel geclusterde als ongeclusterde zorgverlening in de thuissituatie. Zowel de geclusterde als ongeclusterde capaciteit is sinds 2019 bijna verdubbeld. Ondanks deze groei is de conclusie dat richting 2030 nog een versnelling nodig is om de in het programma Wonen en zorg afgesproken doelstelling van 40.000 extra zorggeschikte woningen te bereiken. Gezien de verwachte zorgvraag is het noodzakelijk dat deze extra capaciteit er komt.
Zorgkantoren blijven als partij in de regio vanuit hun rol actief meedenken over de ontwikkeling van zorggeschikte capaciteit en deze ook monitoren. Daarnaast zetten zij zich als zorginkoper in voor de passende inzet van zorg. Verder pleiten zij in dit kader voor aanpassingen in wet- en regelgeving die de beweging ‘zelf, thuis en digitaal – als het kan’ faciliteren, zodat de zorg ook in de toekomst toegankelijk blijft. Hierbij moet gedacht worden aan het meewegen van de sociale context bij het bepalen van de noodzakelijke zorginzet en aanpassingen in de leveringsvormen en bekostiging voor zorg thuis in de Wlz.